Stapsgewijze aanpak reguliere EVAR procedure


Dr. R.W. van der Meer

Voorzitter(s): dr. C.S.P. van Rijswijk, interventieradioloog, LUMC, Leiden & dr. P.W.H.E. Vriens, vaatchirurg, Elisabeth Tweesteden Ziekenhuis, Tilburg

16:15 - 16:30u in Sorbonne zaal

Tijdens de endovasculaire behandeling van een abdominaal aneurysma van de aorta (de EVAR procedure) vindt over het algemeen samenwerking plaats tussen interventieradiologen, chirurgen, radiologisch laboranten en het OK personeel. Gedurende de EVAR procedure heeft ieder van hen een belangrijke rol. Het is van belang dat iedereen die deelneemt aan de ingreep zich bewust is van de verschillende stappen en handelingen die uitgevoerd dienen te worden om de EVAR procedure tot een succes te laten zijn. Tijdens deze voordracht wordt een overzicht gegeven van deze verschillende stappen waarbij ook een uitleg gegeven zal worden over hoe de doorlichtings beelden en angiografie series gelezen moeten worden. Hieronder volgt een zeer beknopte beschrijving van het beloop van een reguliere EVAR procedure. Uiteraard bestaan hierop vele variaties, afhankelijk van het lokaal gebruikte materiaal en de voorkeuren en ervaringen van de operateurs.

Beiderzijds wordt de arteria femoralis communis aangeprikt en met behulp van de Seldinger techniek wordt over een voerdraadje beiderzijds een sheath geplaatst met een relatief kleine diameter.

Via de ene sheath kan met behulp van een hydrofiel gecoate, weinig traumatische en stuurbare voerdraad een katheter opgevoerd worden tot in de thoracale aorta. Door deze katheter kan de hydrofiele voerdraad gewisseld kan worden voor een stijve voerdraad.

Nadat via de andere lies een angiokatheter in positie is gebracht voor het afbeelden van de infrarenale aorta wordt de bifurcatie stentgraft via de stijve voerdraad opgevoerd tot de proximale markers van de beklede stents zich net craniaal van de nierarterien bevinden. Na identificatie van de nierarteriën en aanpassing van de positie van de bifurcatie stentgraft kan deze ontplooid worden. Hierbij moet goed opgelet worden dat de proximale markers van de beklede stents net caudaal van de meest caudale nierarterie blijven en dat de contralaterale poot van de graft naar de contralaterale zijde uit zal klappen. Een marker op de stentgraft geeft de positie van de contralaterale poot aan. Bij verschillende fabrikanten zal nadat de contralaterale poot is uitgeklapt een niet beklede topstent moeten worden ontplooit voor suprarenale hechting van de stentgraft. Hierna kan de bifurcatie stentgraft verder worden ontplooit en wanneer noodzakelijk worden verlengd met een iliacale extensie.

Vervolgens moet een hydrofiele voerdraad in de contralaterale poot gestuurd worden. Wanneer de voerdraad en katheter via de contralaterale poot in de stentgraft zijn gestuurd moet bevestigd worden dat de katheter daadwerkelijk in de stentgraft ligt. Dit kan door een kleine hoeveelheid contrastmiddel via de katheter te injecteren of door een pigtail catheter een rondje te laten draaien in de stentgraft. Indien buiten de stentgraft gelegen zal het onmogelijk zijn dit rondje te voltooien.

Vervolgens kan ook in de contralaterale poot een stijve voerdraad worden opgevoerd en het iliacaal traject worden afgebouwd. Over het algemeen zal er naar gestreefd worden de stentgraft proximaal van de afgang van de arteria iliaca interna te laten landen.

Nadat alle stentgrafts geplaatst zijn zal met behulp van een modulatie ballon het gestente traject geballonneerd worden om een goede afdichting van de stents tegen de vaatwand en elkaar te verkrijgen.

De procedure zal worden afgesloten met een controle angiografie waarbij beoordeeld zal worden of de nierarteriën goed doorgankelijk zijn, of de stentgraft goed gepositioneerd is en of er sprake is van endoleaks. Er van uit gaande dat de EVAR procedure ongecompliceerd en succesvol is verlopen kunnen de sheaths verwijderd en de liezen gesloten worden.


Meer info